Schrijven? Bepaal je onderwerp (in 5 minuten)

Schrijven? Bepaal je onderwerp (in 5 minuten)

Herken je dat opgejaagde gevoel? Je doet je werk, schrijft een offerte, hebt een overleg met een collega, gaat langs bij een klant, beantwoordt de telefoon. Kortom: JE BENT DRUK! En terwijl je met al die dingen bezig bent, hoor je de hele dag dat stemmetje in je achterhoofd zeuren:

‘Je moet nog een blog schrijven.’

Je hebt je doelgroep al eens in kaart gebracht. (Waarom dat belangrijk is, lees je hier.)
Eindelijk heb je tijd om naar dat zeurende stemmetje te luisteren. Dus wat doe je?

Je opent je schrijfprogramma

Het is een valkuil waar ik zelf ook regelmatig in trap. Je hebt je voorgenomen die blog te schrijven, je hebt nu tijd, je hebt nagedacht over je doelgroep en je weet dat je vandaag wilt plaatsen. Dus je opent je schrijfprogramma om een vaag idee dat ergens in je hoofd rondzwerft te gaan uitwerken.

NIET DOEN!

Want maar al te vaak gebeurt dan dit: Je schrijft een paar zinnen op, een flard van een idee, maar dan stokt het proces en zit je naar je scherm te staren. Je raakt gefrustreerd omdat je niet verder komt en voordat je het goed en wel door hebt, eist het gewone werk de aandacht weer op. Je slaat het bestand op en het verdwijnt in het digitale archief.

Het laatste blogbericht op je website? Dat is van drie jaar geleden…

Niet doen dus.

Maak eerst een woordweb om een ideeënstroom op gang te brengen

Old school: Zet een timer op drie minuten, pak een leeg vel papier en schrijf in het midden jouw product of dienst op. Maak nu een ouderwets woordweb. Lekker met de hand op papier. Gewoon, omdat het kan.
En omdat het soms fijn is om iets met de hand te schrijven.

(Natuurlijk zijn er ook wetenschappelijke redenen om met de hand te schrijven, maar dat laat ik nu even buiten beschouwing.)

Geen pen en papier in de buurt? Met je smartphone kan het ook. Ik gebruik zelf de app miMind, dat is ideaal als ik onderweg ben of even ergens moet wachten. Maar zit ik gewoon achter m’n bureau, dan heb ik een voorkeur voor pen en papier 😉

Om je te bewijzen dat het echt niet veel tijd hoeft te kosten, maakte ik een mindmap met het eerste beroep dat me te binnen schoot. Vraag me niet waarom, maar het werd een gordijnstoffenhandelaar. Dit is een beroep waar ik totaal niets vanaf weet, dus je zou denken dat het lastig is om ideeën te bedenken.

Dat valt mee. Echt waar.

Denk niet teveel na, maar associeer en blijf associëren.

 

Je zult in drie minuten zoveel woorden opschrijven, dat je nog altijd niet duidelijk hebt wat je onderwerp is.

Ja, ik weet het. Dat was niet de afspraak.

Laat ik het anders zeggen: je zult in drie minuten zoveel woorden opschrijven, dat je voorlopig vooruit kunt zonder te hoeven nadenken over een onderwerp. Je hoeft alleen maar je woordweb erbij te pakken.

Maak nu clusters van gerelateerde onderwerpen

Om dichterbij je uiteindelijke (blog)onderwerp te komen, ga je woorden die verband met elkaar hebben clusteren. Ik heb er een gemaakt rondom het thema ‘zelf maken’. Tijdens het schrijven van een blog over ‘zelf gordijnen maken’, is het logisch dat de woorden ‘zoom’ ‘plooien’ en ‘plooiband’ aan bod komen. Je ziet dat je nu dankzij het woordweb al verschillende bouwstenen (lees: alinea’s) voor je blog hebt.

 

Je zult vaak merken dat de ene kleurgroep groter is dan de andere. Misschien krijg je daar meer vragen over van klanten? Of richt jouw expertise zich daar vooral op? Of is er een andere reden? Hoe dan ook: dankzij het woordweb en de clusters zie je snel de samenhang tussen verschillende onderwerpen. Hier kun je in je blogs gebruik van maken door op een slimme manier intern te linken. 

Schrijf sneller en beter: bepaal het onderwerp

Het woordweb is het eerste deel van de oplossing. Je hebt een braindump gedaan en allerlei onderwerpen opgeschreven. Kies een cluster waarmee je aan de gang wilt. In sommige gevallen staat er zoveel in dit cluster dat je direct weet hoe jij je blog gaat opbouwen.

Het kan ook zijn dat je cluster nog niet voldoende duidelijkheid biedt. In dat geval zou ik nogmaals een woordweb maken, nu met het thema van je cluster in het midden. Een aantal woorden daaromheen heb je al opgeschreven in je eerste woordweb, dus die neem je over. Van hieruit kun je verder brainstormen.

Gelukt?

Top, dan heb je het onderwerp (inclusief deelonderwerpen) voor je eerstvolgende blog op papier staan!

Bepaal nu het doel

Vanaf dit punt pak ik weer even het voorbeeld van de blog die je nu zit te lezen op, omdat ik inhoudelijk nou eenmaal iets meer over schrijven dan over gordijnstoffen weet 😉

Om met mijn blog mijn doelgroep aan te spreken, wil ik achterhalen waarom ondernemers vastlopen in het bloggen. Daar zijn verschillende oorzaken voor, maar de reden die eruit springt is deze: ‘Bloggen moet tussen de bedrijven door. Als er eindelijk even tijd is, weet ik niet waar ik over moet schrijven of ik weet wel iets, maar ik krijg het niet duidelijk op papier.’

Dat zijn dus twee problemen die met elkaar samenhangen:

1. Bloggen vreet tijd. Negen van de tien keer, komt een blog niet eens af. Dat is frustrerend!
2. Hoe bedenk je onderwerpen?

Ik besluit dat ik wil helpen door praktische tips te geven waardoor ze sneller weten waarover ze kunnen schrijven.

Doel van dit blogartikel: ondernemers helpen om hun beschikbare tijd efficiënter in te zetten voor het bloggen.

Probeer je onderwerp te vangen in één zin: dit wordt de (werk)titel van je blog

Ik geef toe dat je inmiddels waarschijnlijk over de beloofde vijf minuten heen gaat. Maar, aan de andere kant wil ik je deze vervolgstap niet onthouden (ik kan maar niet stoppen, merk ik). 

Het is namelijk een heel leuke oefening om je onderwerp te vangen in één zin die je doelgroep aanspreekt. Als dat lukt, heb je direct de titel voor je blog te pakken. Bovendien kader je het onderwerp daarmee zo in, dat je houvast hebt tijdens het schrijven. Je zult minder snel afdwalen.

Voor dit blogartikel begon ik met het onderwerp: Schrijven kost veel tijd en het is lastig om onderwerpen te verzinnen.

Dat resulteerde in een brainstorm over een titel die de lading dekt.

Schrijven? Waarover dan?

Werd: Schrijven? Bepaal je onderwerp

Werd: Schrijven? Bepaal je onderwerp (in 5 minuten)

Samengevat:

Maak in drie minuten een woordweb en kies daaruit je onderwerp.
Neem een paar minuten de tijd om na te denken over het doel van je tekst.

Begin daarna pas te schrijven aan je blog.

Tijd over? Vang je onderwerp in één zin die je doelgroep prikkelt. Dit wordt de (werk)titel van je blog.

 

Waarom ik overstapte naar een andere bank

Waarom ik overstapte naar een andere bank

Eerlijk is eerlijk. Het is best wel even ‘een dingetje’ om naar een andere bank over te stappen. De laatste keer dat ik van rekeningnummer veranderde, was toen ik trouwde en samen met mijn aanstaande een rekeningnummer opende.

Maar toen bleef ik bij dezelfde bank.

Bovendien had ik op dat moment nog maar relatief weinig transacties.

Je hebt die bank nodig bij alles wat je doet

In de jaren die volgden, werden de banden waarmee ik vastzat aan de bank inniger en inniger. Woonlasten, loon, verzekeringen, kinderbijslag, belastingen, lidmaatschappen, verenigingen, goede doelen, rekeningen voor de kinderen.

Nou ja, je kent het rijtje wel.

Toch had ik er regelmatig moeite mee. Uit onderzoek bleek namelijk dat ‘mijn’ bank slecht uit allerlei tests kwam.

Wapenhandel?
Daar zit goed geld in, dus daar investeren we in.

Mensenrechten?
Als wij het maar goed hebben. Toch?

Klimaatverandering?
Daar doen we niet aan.

En laat ik dit soort onderwerpen nou nét wel belangrijk vinden!

Wapenhandel, mensenrechten en klimaatverandering

Vooruit, over wapenhandel denk ik niet dagelijks na en heb ik weinig gesprekken, al vind ik het moreel verwerpelijk om een ander pijn te willen doen, lees: dood te schieten.

Maar mensenrechten en klimaatverandering?
Dat zijn onderwerpen waar ik vaak over spreek met anderen, waar ik me voor wil inzetten.

In één van de eerste interviews die ik gaf, naar aanleiding van mijn debuut Mara, zei ik:

‘Ik heb een hekel aan onrecht.’

Dat was mijn drijfveer om in het boek incest aan de kaak te stellen en dát is nog altijd mijn drijfveer om personen en organisaties te steunen die zich hard maken voor mensenrechten.

En dan klimaatverandering. Een onderwerp waar nog niet alles over gezegd of geschreven is, maar dat wat wordt gezegd en geschreven, volg ik met interesse. Ik zie in mijn eigen achtertuin hoe de droogte nu voor het derde jaar op rij toeslaat en ik denk erover na hoe ik mijn steentje kan bijdragen om het tij te keren. Doe mijn best om te consuminderen en verder duurzame keuzes te maken.

Dat gaat met vallen en opstaan, maar ik ben er in elk geval bewust mee bezig. Ik deel mijn ervaringen met anderen en schreef met veel plezier mee aan het boek Groen op hakken. Ook heb ik regelmatig discussies over wat wel en wat geen zin heeft.

Maar die bank van mij, die deed weinig moeite op al deze gebieden.

Welk signaal geef je af als je klant blijft, terwijl je het fundamenteel oneens bent met gemaakte keuzes?

Hoe kan ik diensten en producten (blijven) afnemen, als ik zelf doelen nastreef die tegengesteld zijn aan die van de bank? Want met mijn klandizie bevestig ik in feite dat ze wat mij betreft wel op deze weg mogen doorgaan.

Toch had ik een zetje nodig, want ja: het is zo’n gedoe om van bank te wisselen.

Dat zetje kwam bij mijn man vandaan, die tijdens een lezing overtuigd raakte van het feit dat dit gewoon een stap was die we konden zetten.

Zetje, zeg ik, maar in feite was het optillen en meenemen wat hij deed.

Hij zocht namelijk uit welke bank wél goed scoorde.
En hij zette de overgang in werking.

Overstappen: je moet er wel wat voor doen

Daarna hoefde ik alleen nog maar wat enveloppen te openen, mijn nieuwe bankpas in gebruik te nemen, mijn bankrekening te activeren en wat berichten rond te sturen.

Ik ga niet zeggen dat ‘berichten rondsturen’ een klusje van niks is.

Dat is het namelijk wel. Je moet echt even door al je (vaste) lasten heen, bekijken waar je incasso’s hebt, periodieke overboekingen, enz. enz. Soms is het even zoeken: moet je zelf je rekeningnummer wijzigen in ‘mijn menu’ of moet je een bericht sturen? Krijg je wel of geen bevestiging van de wijziging?

Natuurlijk moet je ook je familie en vrienden, je werkgever en eventuele klanten informeren.

Kortom: je bent er even mee bezig.

Maar daarna heb je wel wat:

  1. Een bank die goede scores in de eerlijke geldwijzer heeft én die weet dat je daarom van de bewuste bank hebt gekozen (dat is dé motivatie voor zo’n bank om op de ingeslagen weg door te gaan, want je bevestigt ze dat ze goed bezig zijn)
  2. Inzicht in al je inkomsten en uitgaven
  3. En niet te vergeten: opluchting omdat je voorlopig goed zit 😉

Benieuwd hoe jouw bank het doet?
Bij de eerlijke geldwijzer vind je de scores in een duidelijk overzicht.

Doelgroepgericht schrijven

Doelgroepgericht schrijven

Wanneer je gaat schrijven, is het belangrijk je doelgroep voor ogen te houden. Hoe belangrijk dat is, (her)ontdekten we tijdens een intervisiebijeenkomst.

Doelgroepgericht schrijven

Laatst kwam het belang van de doelgroep ter sprake tijdens een intervisiebijeenkomst met tekstschrijvers. Wat we allemaal herkennen: door je doelgroep duidelijk voor ogen te houden tijdens het schrijven, buigt de tekst zich (haast automatisch) richting die doelgroep. Daarmee wordt de tekst duidelijker en doelgerichter dan een tekst die geschreven is zonder een doelgroep in gedachten te houden.

Casus: bedrijfsleven of particulieren?

Als voorbeeld bespraken we een tekst die qua toon vooral gericht was op particulieren. Een paar woorden waren echter specifiek gericht op het bedrijfsleven.

Het gevolg? Verwarring.

Want voor wie was die tekst nu geschreven? Wie moest zich aangesproken voelen?
De particulier of de ondernemer?

En is het belangrijk dat dit onderscheid er is?

In dit geval was het zeker belangrijk. De zender van de tekst wilde zaken doen met het bedrijfsleven (en stond open voor af en toe een opdracht door particulieren), maar de toon van de tekst suggereerde dat hij vooral zaken wilde doen met particulieren.

De toon van een tekst

De oplossing in dit geval was daarom het veranderen van de toon. Die moest beter gaan passen bij de doelgroep, in dit geval het bedrijfsleven. We zochten naar een zakelijke tone of voice.

Om dat concreet te maken, hebben we gekeken welke woorden geschikt waren voor de zakelijke doelgroep én welke woorden in de huidige tekst voor verwarring zorgden.

Ook deden we de suggestie om op de website, door middel van bijvoorbeeld knoppen, een duidelijk onderscheid te maken tussen het aanbod voor het bedrijfsleven en het aanbod voor particulieren. Duidelijke ‘wegwijzers’ helpen zo mee om de juiste tekst bij de juiste doelgroep te krijgen

Tekst die past bij je doelgroep

Lastig, om de juiste woorden voor je doelgroep te kiezen?
Ja, soms wel. Maar het is zeker de moeite waard!
Lees de blog:‘Schrijven? Ken je doelgroep!’ als je hier meer over wilt weten.

Heb je geen tijd of zin om hier zelf over na te denken?
Neem contact met me op. Ik kijk graag wat ik voor je kan betekenen!

Welke woorden kies je?

Welke woorden kies je?

En toen was ik ineens een nummer.

Hoe woorden afstand kunnen scheppen, zelfs als je probeert attent te zijn

“Jouw verjaardags-voordeelnummer: 123 123”

Bovenstaande zin stond in een mailtje dat ik kreeg van een winkel waar ik een account heb.
Hartstikke attent: omdat ik binnenkort jarig ben, krijg ik korting als ik de code invul bij mijn bestelling.

Maar toch haperde er iets toen ik deze boodschap las.

Het gebruik van het woord ‘nummer’, zorgde er bij mij voor dat het hele idee van persoonlijk aandacht in verband met mijn verjaardag verloren ging.

Jammer!

Hoe kan het ook?

Het leuke van deze mail was, dat ik daardoor ging nadenken over alternatieven. Mijn eerste alternatief staat vrij dicht bij het origineel:

Een cadeautje voor jouw verjaardag.
Vul ‘123 123’ in bij je bestelling en je krijgt tien euro korting.

Eenvoudig, doelgericht en emotieloos. Van mij mag er iets meer leven in.

Het leek me goed om meer in te spelen op het thema verjaardag. Ik besloot te benadrukken dat deze actie echt speciaal voor de jarige is en ik verving de cijfercode door een boodschap:

Speciaal voor het feestvarken!
Vul ‘joepie, ik ben jarig’ in bij je bestelling en je krijgt tien euro korting.

En omdat ik toch bezig was, besloot ik nog een derde versie te maken:

Wie jarig is trakteert, maar wij draaien de boel om en trakteren jou!
Vul ’trakteer mij maar’ in bij je bestelling en je krijgt tien euro korting.

Waarom zou je al die moeite doen?

Misschien denk je: Is één zo’n zinnetje echt zo belangrijk? Het gaat toch om de korting? Het gaat toch om het idee dat je de klant feliciteert?

Dat lijken me terechte vragen. Ik zet er één vraag tegenover:

Als je de moeite neemt om een mail met een leuke boodschap te sturen, doe je het dan halfbakken of doe je het liever goed?

Kies woorden die zorgen voor een glimlach

Een mail rondom een feestelijk moment is ideaal om je bedrijf op een nieuwe manier onder de aandacht te brengen bij je klant. Door even te brainstormen kwam ik op het idee om betekenisloze cijfers te vervangen door een leuke boodschap.

De gelegenheid, een verjaardag, geeft je ook nog eens de mogelijkheid om vanuit jouw dienstverlening of productaanbod passende invalshoeken te bedenken.

Kies de juiste woorden, zodat die attente verjaardagsmail je klant extra prikkelt om je website te bezoeken en gebruik te maken van jouw cadeau! 

Liever uitbesteden? Vul het formulier in en ik neem zo snel mogelijk contact met je op.

1 + 3 =

#Schrijftip: bepaal het doel van je tekst

#Schrijftip: bepaal het doel van je tekst

Het doel van je tekst bepalen

Pas ontving ik de tekst voor een nieuwsbrief van een opdrachtgever. Ik zou het nakijken, waar nodig herschrijven en terugsturen.

Ik las de tekst.

Las nog eens.

En voelde mijn vingers jeuken om aan de slag te gaan.

Maar ik besloot dat ik beter eerst kon bellen, want ik had een vaag vermoeden over deze tekst.

Ik viel met de deur in huis:‘Vertel eens wat je wilt overbrengen? Wat is het doel van deze tekst?’

Het bleef maar heel even stil voordat ik gelach hoorde: ‘Dat is het juist. Ik moet deze maand iets delen, maar eigenlijk heb ik niets te vertellen. Ik heb behoorlijk op die tekst zitten ploeteren en dacht: met wollig taalgebruik krijgt het tenminste wat body. Natuurlijk haal jij het teveel aan wollig taalgebruik er wel weer uit.’

Ik: ‘Dan schrap ik in dit geval alles.’

Waarom is het belangrijk het doel van je tekst te bepalen?

Wollig taalgebruik is geen oplossing als je niets te melden hebt. Niemand leest het. Dus in het beste geval heb je opvulling in een nieuwsbrief. In het slechtste geval nemen je lezers je ook de volgende keer niet serieus. In bovenstaande situatie gaf het antwoord op de vraag: ‘Wat is het doel van deze tekst?’ direct richting.

Er zijn verschillende (combinaties van) doelen mogelijk met een tekst. Ik noem er drie die je vaak tegenkomt bij bedrijven en instellingen:

  • informeren
  • inspireren
  • tot actie aanzetten

Let op: het doel van een tekst is wat anders dan het onderwerp van een tekst. (Daarover een volgende keer meer.)

Het doel heeft alles te maken met dat wat de lezer doet, voelt of ervaart tijdens het lezen. Als schrijver kun je ‘richting geven’ aan deze gevoelens.

Informeren

Is het doel van je tekst om lezers te informeren, dan deel je kennis waar de lezer wijzer van wordt*. Alles wat je opschrijft heeft tot doel die kennis te verhogen: dat kunnen bijvoorbeeld cijfers en diagrammen zijn, maar ook uitleg daarover, aangevuld met voorbeelden en afgewisseld met korte samenvattingen.

*Kennis delen waar de lezer wijzer van wordt? Waarom formuleer je dat zo, Lisette?
Omdat dit raakt aan een andere belangrijke schrijftip: ‘Ken je doelgroep’. Kort samengevat: kinderen informeren is anders dan kennis delen met vakgenoten. Je schrijft daarom op het niveau van je doelgroep.

Inspireren

Voorbeelden. Voorbeelden. Voorbeelden.

Ik ben een fan van voorbeelden. Misschien komt het door mijn achtergrond als fictie-schrijver en de schrijfregel ‘show, don’t tell’ die altijd in mijn hoofd zit. Dit ‘show don’t tell’ principe kun je prima toepassen in zakelijke tekst. Door gebruik te maken van echte voorbeelden, met echte mensen, echte tegenslagen en echte successen, laat je de lezers iets inspirerends zien (show!).

Tot actie aanzetten

Dit klinkt misschien ingewikkeld, maar denk eens aan een webwinkel als Wehkamp. Je kijkt tussen de spullen die je wilt hebben, je klikt een item aan dat je mooi vindt en plaatst het in je winkelmandje.

Wehkamp vraagt direct: Wil je afrekenen of wil je verder winkelen?

Jij maakt de keuze voor direct afrekenen.

Wehkamp vraagt: Hoe wil je betalen?

Je krijgt meerder opties voorgeschoteld en kiest wat jou het beste uitkomt.

Wehkamp wil jou tot actie aanzetten: spullen kopen. Gedurende dat hele proces wordt je begeleid en wordt het je allemaal zo makkelijk mogelijk gemaakt. 

Samenvattend

Als jij het doel van je tekst hebt bepaald, kun je richting geven aan wat je schrijft en hoe je het schrijft. Ga je hier bewust mee om, dan neem je lezers makkelijker mee en bereik je samen met hen jouw einddoel.

Je bepaalt het doel van een tekst, zodat je uiteindelijk het schrijversdoel der schrijversdoelen behaalt: lezers die voelen/ doen/ ervaren wat jij voor ogen hebt 🙂 ! 

 

Waarom is jouw website niet actueel?

Waarom is jouw website niet actueel?

1. Ik heb nog geen goede teksten.  

2. Ik heb nog geen goede foto’s. 

3. Ik heb geen tijd om aan mijn website te werken. 

4. Ik vind mijn website niet belangrijk. 

5. Klanten weten mij nu al veel te goed te vinden. 

6. Ik weet niet hoe ik zelf iets moet aanpassen. 

7. In mijn bedrijf is niets veranderd de afgelopen 36 jaar, dus ik hoef mijn website ook niet te veranderen. 

8. Ik houd er niet van om aandacht te trekken. 

9. EERST die opdracht afronden, een klant bellen, een offerte maken, offerte verzenden, mail beantwoorden, overleg plegen, vergadering bijwonen, voicemail afluisteren, mensen terugbellen, lunchen, nieuwe klant benaderen, voorstel doen, prullenbakken legen, planten water geven, memo schrijven, memo verzenden, overleggen met collega’s, boekhouding…

DAN de website. 

Morgen. 

10. Instagram, Facebook, Pinterest, LinkedIn, Twitter: you name it en ik ben er. Als er iets niet klopt op mijn website kijken ze daar maar. 

11. Ik moet nog een update doen.
Of zou de webbouwer dat doen? 
Ik wacht het een weekje af, dan zie ik het vanzelf. 

12. Mijn website geeft een foutmelding. Ik kijk wel een keer als ik tijd heb.

13. Mijn webbouwer is op vakantie. 

14. Bloggen? Waarover? 

15. Nieuws? Ja hoor: vorig jaar nog geplaatst. 

16. Ik heb goede teksten, maar ik wil eerst nog een keertje controleren of ik echt, ECHT, helemaal tevreden ben. 

17. Ik heb wel goede foto’s, maar ik wil ze nog even bewerken.
Of in een slider zetten.
O ja: we hebben pas een superleuk filmpje gemaakt.
Hoe plaats ik dat? 
Deelknoppen, die hebben we ook nodig. 
En natuurlijk goede CTA’s. 
Hebben we wel een gratis weggever? 
Niet? 
We gaan eerst een gratis weggever regelen! 

18. Ik wacht tot die nieuwe collega hier start: dan kan haar foto er ook direct bij. 

19. Eerst inkopen doen. 

20. Mijn technische mannetje regelt dat.
Zodra hij tijd heeft.
Ja.
Echt.
Binnenkort. 

21. De webbouwer heeft net een nieuwe template ontwikkeld. Als ik nog even wacht, kan ik die gebruiken. 

22. De concurrentie scoort toch hoger in Google. 

23. Lorem ipsum is toch ook tekst?