Gebruik jij al begrijpelijke taal?

Mijn zus en ik waren aan het appen over filosofische teksten en de hoeveelheid nieuwe (lees: verzonnen) termen die daarin gebruikt worden. Ik struikelde zelf over het niet consequent schrijven van diezelfde termen, maar toen appte ze me deze zinnetjes.

‘Dan moet ik het nog gaan snappen. Dat is weer anders dan het lezen.’

Haar uitspraak triggerde mij. Natuurlijk weet ik dat ze met een studie bezig is en dat ze zich wil inzetten om leerstof te begrijpen, dat het voor haar niet per se een obstakel is om de tekst nog eens te moeten lezen, maar toch… 

Gemotiveerde lezer… of luie schrijver? 

In de gedachte dat een lezer zich wil inzetten, schuilt een gevaar.
Een student mag een gemotiveerde lezer zijn, in het dagelijks leven is veel tekst niet bedoeld voor gemotiveerde lezers.

En dat is best vervelend, want een (moeilijk) onderwerp begrijpelijk opschrijven is lastig. Dat kost tijd en aandacht. Bovendien is het noodzakelijk dat de schrijver zich in de doelgroep verplaatst.  

Wat heeft het voor zin om iets op te schrijven als je doelgroep het niet begrijpt?

Een voorbeeld kan helpen

Je zesjarige zoon heeft net alle letters leren lezen, dus je kunt concluderen dat je hem jouw favoriete verhaal in het Frans kunt voorschotelen. Maar je weet dat hij de klanken verkeerd zal uitspreken én dat hij NIETS zal begrijpen van wat hij leest. Geef je hem toch die tekst? Dan laat het gevolg zich raden: een gefrustreerde zoon. 

Weg leesplezier.

Die Franse tekst kan nog zo’n leuk verhaal bevatten, als jouw zoon het niet kan volgen, komt hij daar nooit achter. 

De boodschap komt niet over 

Datzelfde geldt voor filosofische teksten vol zelfverzonnen woorden.

Voor ambtelijke brieven vol onbegrijpelijke uitspraken.

Voor een memo vol jargon en afkortingen.

Voor nietszeggende webteksten.

Voor juridische epistels vol langdradige en ondoorgrondelijke zinnen, die worden opgeknipt door lukraak her en der een komma te positioneren, zodat het nog ergens op lijkt en die worden opgeluisterd door woorden waar geen mensenkind in Nederland zich nog van bedient, waarbij her en der een wetsartikel wordt geciteerd en je de abbreviatie van verschillende clausules moet naslaan, voordat je aan het einde van de volzin bent gekomen en moet wederkeren naar het begin om te detecteren wat het ook alweer was waarover je aan het lezen was. (En nee, ik heb geen talent voor lange zinnen en moeilijke woorden, dus over voorgaande valt heel veel te zeggen, maar je snapt het idee)

Waarom?

 Waarom zou je willen dat iemand jouw tekst leest en denkt: ik lees het wel, maar ik snap het niet?

Mijn antwoord is: dat wil ik niet. 
Daarom doe ik altijd mijn best om te schrijven in begrijpelijke taal die past bij de doelgroep.

Gebruik jij al begrijpelijke taal in je verhaal?

Nieuw bedrijf = nieuwswaarde = persbericht

Nieuw bedrijf = nieuwswaarde = persbericht

Onlangs zat ik met een stel ondernemers om tafel die een prachtig bedrijfsplan hadden ontwikkeld voor hun nieuwe bedrijf. Ik was uitgenodigd om teksten voor hun website te schrijven.

‘Die website moet online. We weten dat het niet in één keer af is, dus we vinden het fijn als jij met ons een teampje vormt, zodat de teksten met ons bedrijf kunnen meegroeien.’

Dat deze ondernemers begrijpen hoe het werkt (lees ook mijn blog over een website die nooit af is), bleek uit bovenstaande opmerking, maar ook uit het bedrijfsplan dat ze hadden gemaakt en de doelen die ze zich stelden. We hadden een prachtig gesprek over hun idealen, hun drijfveren en hun plannen.

Website snel lanceren

Ondanks de krappe deadline (het bedrijf zou over drie weken van start gaan en ze wilden de website een week eerder online hebben) kreeg ik steeds meer zin en vertrouwen in deze klus. De voorwaarden waren wat mij betreft aanwezig: gedreven mensen met een goed verhaal.

‘Ik heb ideeën zat, maar ik krijg het niet op papier,’ zei één van hen. De anderen knikten.
‘Geeft niets. Als jullie vertellen, schrijf ik het op.’

Want dat is hoe het werkt. Ik verzin geen verhaal voor ondernemers, ik zorg er alleen voor dat het bestaande verhaal duidelijk op papier komt.

‘Maar wat betreft de start van jullie bedrijf,’ vervolgde ik, ‘hoe gaan jullie dat lanceren?’

Voor het eerst viel er een stilte. Hier hadden ze nog niet over nagedacht.

‘Is het echt jullie bedoeling om op die bewuste dinsdag naar kantoor te gaan, de deur van het slot te draaien en op mensen te gaan zitten wachten?’

Start je een nieuw bedrijf? Dat heeft nieuwswaarde. Stuur een persbericht!

Nieuwswaarde = persbericht = kans op gratis publiciteit

De start van een nieuw bedrijf heeft nieuwswaarde, zeker in je eigen regio. Stuur daarom altijd een persbericht over de start van jouw bedrijf naar (lokale) bladen. Vertel over jouw (nieuwe) product, de extra werkgelegenheid, of over jouw oplossing voor een herkenbaar probleem.

Start je met een nieuw bedrijf?
Maak gebruik van de nieuwswaarde, verstuur persberichten en pak die kans op gratis publiciteit!

Bekijk welke (dag)bladen in jouw regio worden gelezen, maar kijk ook of er (landelijke) organisaties of verenigingen zijn waar jouw product of dienst een uitkomst voor is. Vergeet tenslotte de plaatselijke radio- en televisiezender niet, want als dat persbericht toch geschreven wordt, kun je het maar beter zo goed mogelijk verspreiden.

Heb je de garantie dat je persbericht geplaatst wordt?

Nee. Een redactie bepaalt zelf welke berichten wel en niet worden geplaatst. Ook is het mogelijk dat de redactie het persbericht aanpast (dus niet één op één overneemt)

Maar is het maken van een persbericht dan geen verspilde moeite?

Nee. Zeker niet. Er zijn nieuwsredacties die de mogelijkheid geven om je persbericht ook digitaal (op hun website) te publiceren. De gebruikers van deze website, zullen jouw nieuws zien. Bovendien kun jij deze online publicatie gebruiken op je eigen social media, bijvoorbeeld op LinkedIn of Facebook. Uiteraard kun je het persbericht ook nog op je eigen website publiceren, bijvoorbeeld op je nieuwspagina.

Bij de start van je nieuwe bedrijf denk je na over een aantal voor de hand liggende dingen:

  • Je schrijft je in bij de KvK.
  • Je laat een huisstijl en logo ontwikkelen en regelt visitekaartjes.
  • Je maakt een marketingplan: waar en hoe ga jij jouw product of dienst verkopen?
  • Je stelt een strategie op voor de communicatie: hoe kom je in contact met je doelgroep?
  • Je regelt een website met supergoede teksten.

En ja: je verstuurt ook een persbericht over de start van je nieuwe bedrijf. Want een kans op gratis publiciteit laat je toch niet liggen?

6 schrijftechnieken om de aandacht van je lezers vast te houden

6 schrijftechnieken om de aandacht van je lezers vast te houden

Ik schreef al eerder dat het belangrijk is om lief te zijn voor je lezers en beloofde toen dat ik meer tips zou geven die je helpen de aandacht van je lezers vast te houden. Je kunt verschillende schrijftechnieken toepassen om dit te bereiken. Ik heb er een paar op een rijtje gezet en voorzien van een korte uitleg, zodat je er zelf mee aan de slag kunt.

6 schrijftechnieken die je helpen de aandacht van je lezers vast te houden

  1. trek je lezer met een vraag de tekst in (en geef natuurlijk ook het antwoord)
  2. bied de lezer een oplossing voor zijn probleem
  3. maak gebruik van spanningsbogen en: probeer eens een goede cliffhanger
  4. gebruik voorbeelden
  5. laat de lezer pijn voelen
  6. of juist opluchting

Trek je lezer met een vraag je tekst in

‘Waarom gaan mijn plantjes dood?’ zou zo’n vraag kunnen zijn. Je kunt een tekst schrijven waarin mogelijke oorzaken aan bod komen en waarin je symptomen beschrijft van de stervende plantjes. Gaan de bladeren slap hangen? Dan geef je misschien te weinig water. Worden de bladeren geel, dan krijgt de plant misschien teveel zon.

Als je wilt ontdekken welke vragen jouw doelgroep heeft, is het allereerst belangrijk om je oren goed open te houden wanneer je praat met je doelgroep. Mensen komen bij jou omdat je een bepaald product of dienst aanbiedt. Ze stellen je daar regelmatig vragen over. Noteer die vragen in een schriftje en je hebt direct geschikte onderwerpen te pakken.

Je kunt ook op een andere manier achter de vragen van je doelgroep komen. Ga zelf eens Googlen en kijk met welke suggesties Google komt. Dit zijn gerelateerde vragen die andere zoekers al eerder stelden. Een prima uitgangspunt voor jouw tekst!

Bied de lezer een oplossing voor zijn probleem

Heel veel mensen zoeken op internet naar oplossingen voor problemen. Of het nu gaat om problemen met hun gezondheid, problemen met hun computer, hun huisdier, hun tuin, hun woning, hun fiets, hun…

Vul. Maar. In.

Mensen zoeken oplossingen voor problemen. Teksten die de problemen benoemen en die oplossingen bieden, worden veel gelezen. Wat bij deze categorie teksten heel goed past, zijn testimonials van gebruikers die positieve ervaringen hebben met jouw oplossing van het probleem.

Probleem: de katten van de buren gebruiken mijn tuin als kattenbak.
Oplossing: jij hebt een geluidskastje dat met de hoge tonen (die mensen niet kunnen horen) katten uit de buurt houdt.

Natuurlijk heb jij meer te vertellen over dit product. Je biedt een oplossing voor het probleem en je geeft direct antwoord op vragen die mensen over jouw oplossing hebben. Mensen willen weten of de hoge tonen schadelijk zijn voor zichzelf, voor hun kinderen of voor de katten. Mensen willen weten wat het kost, wat het energieverbruik is, wat het bereik is, enzovoorts, enzovoorts.

Maak gebruik van spanningsbogen en: probeer eens een goede cliffhanger

Een goede spanningsboog geeft de lezer voortdurend kleine prikkels om door te lezen. Veel teksten hebben één grote, overlappende spanningsboog: de centrale vraag.
Denk aan een thriller: wie heeft de moord gepleegd?  Die grote vraag speelt voortdurend op de achtergrond.
Tijdens het lezen worden kleinere vragen opgeworpen die de schrijver regelmatig beantwoordt. De zus had een motief, is zij de dader? Waarom ligt het moordwapen bij die collega? Hoe kan het dat de moordenaar door niemand gezien is, terwijl er zoveel mensen in de buurt waren?

Spanningsboog in een tekst

Je houdt een spanningsboog in stand door steeds nieuwe vragen op te werpen die je ook regelmatig beantwoordt.

Waarschijnlijk schrijf jij geen thriller, maar een zakelijke tekst. Ook dan kun je bovenstaande toepassen. Je hebt de overlappende spanningsboog: het doel van je tekst, de reden dat je die tekst schrijft. En je lost voortdurend deelantwoorden op die grote vraag in. (Zoals in het voorbeeld hierboven: je lost het kattenprobleem op én je geeft antwoord op de vragen hoe je dat doet en wat dit voor gevolgen heeft voor mens, dier en portemonnee)

Een goede cliffhanger

Een cliffhanger zet de lezer bij wijze van spreken op het puntje van de stoel en zorgt dat hij niet langer wil (of kan) wachten. Soapseries hebben de cliffhanger nog net niet uitgevonden, maar iedereen weet dat iedere aflevering ermee eindigt. De kijker wordt op deze manier getriggerd om de volgende dag opnieuw aan te haken en verder te kijken.

Cliffhangers in teksten staan vaak aan het eind van een hoofdstuk (zodat je toch nog even verder leest en uiteindelijk de halve nacht wakker blijft, terwijl je eigenlijk vroeg wilde gaan slapen…) of aan het eind van een artikel/ blogpost: er wordt bijvoorbeeld alvast vooruitgewezen naar een volgende bijdrage.

Gebruik voorbeelden

Ik gebruik regelmatig voorbeelden. Over plantjes die dood gaan, huid die jeukt, een hovenier die een speciale winteraanbieding heeft, enzovoorts. Dat doe ik om de theorie te vertalen naar de praktijk. Je gaat het voor je zien.

Een voorbeeld zorgt voor herkenning en maakt het makkelijker om de theorie zelf toe te gaan passen.

Laat de lezer pijn voelen

Wanneer deze techniek wordt gebruikt om de aandacht van een lezer te trekken, vind ik het een leuke manier van schrijven. Maar zelf houd ik er wat minder van wanneer dit als verkooptruc wordt gebruik. Boekingssites passen het vaak toe: je moet nu beslissen, want er zijn nog maar 3 van deze hotelkamers beschikbaar. Je wordt bang dat je iets zal verliezen. In dit geval: die perfecte hotelkamer. Terwijl je nog nadenkt, ziet je de 3 veranderen in een 2. Je moet nu, snel beslissen, want anders…

Laat de lezer pijn voelen

Er zijn veel varianten van deze ‘laat de lezer pijn voelen’ teksten, maar meestal hebben ze het volgende gemeen: je wordt als lezer iets prachtigs voorgespiegeld. Iets wat helemaal van jou kan zijn. Iets wat uniek is. Eenmalig. En supervoordelig.

Maar dan moet je wel nu – NU – beslissen.

Of laat de lezer opluchting voelen

Dat vind ik de vriendelijker variant van de vorige. Persoonlijk heeft die mijn voorkeur. Je kunt een lezer opluchting laten voelen door informatie te delen waar de lezer naar op zoek is. Jij hebt bijvoorbeeld informatie voor iemand die geschrokken is omdat de hond een knikker heeft doorgeslikt. Of je hebt de perfecte oplossing voor inktvlekken in iemands dure blouse.

Vaak gaat het om lezers die ergens flink van geschrokken zijn. En heb jij als schrijver een (eenvoudige) oplossing waardoor de schrik verdwijnt. Je helpt mensen. Hoe fijn is dat?

Ik heb je geen opluchting laten voelen met deze blog, maar hopelijk heb je er wel wat aan gehad. Voel je vrij om te reageren of vragen te stellen, dat vind ik altijd leuk!

Nieuw bedrijf = nieuwswaarde = persbericht

Voorkom dat je lezers kwijtraakt

Wat je ook schrijft, je wilt dat jouw tekst van begin tot einde gelezen wordt. Je hebt bepaald wat het onderwerp en het doel van je tekst is. Ook weet je voor wie je schrijft. Maar hoe nu verder?

Er zijn allerlei manieren om de aandacht van je lezer vast te houden. De meest directe heb ik voor mezelf samengevat als:

Wees lief voor je lezer

Daarmee bedoel ik dat je het een lezer niet onnodig moeilijk maakt. In onze taal en grammatica maken we gebruik van regels. Dat is niet voor niets. We beginnen een zin met een hoofdletter en eindigen die met een punt. Ook namen krijgen een hoofdletter. En als we iemand citeren zetten we dit tussen aanhalingstekens. De lezer heeft houvast aan deze bekende afspraken.

Wees lief voor je lezer betekent in de eerste plaats dat je deze simpele regels toepast:

  • hoofdlettergebruik
  • interpunctie

Vermijd taalfouten

Je bent ook lief voor je lezer wanneer je taalfouten vermijdt. Deze fouten vormen struikelblokken die ervoor kunnen zorgen dat een lezer afhaakt. Ik bedoel hier niet dat grote artikel of die dikke pil waarin her en der een foutje staat.

Ik bedoel teksten vol -d, -t en -dt fouten, teksten waar het bezittelijk voornaamwoord jouw om de haverklap verkeerd gebruikt wordt. Of niet gebruikt wordt. Teksten waarin een woord als abonnee steeds anders gespeld wordt: abbonnee, abbonee, abonné.

Ik haak af.
En de schrijver – misschien expert op zijn vakgebied – verliest geloofwaardigheid. Zonde!

 

Voorkom dat je lezers kwijtraakt

Breng structuur aan

Je bent ook lief voor de lezer als je de tekst een fijne structuur meegeeft. Hoe de structuur eruit ziet heeft te maken met het soort tekst dat je schrijft: schrijf je een brief, een artikel, een interview of een blog?
Of je tekst online of offline verschijnt, heeft ook gevolgen voor de structuur die je toepast.

 

De regel die altijd geldt: vermijd aaneengesloten blokken tekst. Maak gebruik van witregels en creëer alinea’s of hoofdstukken.

 

Schrijf je een boek? Hanteer als richtlijn dat er per pagina tenminste één, maar liever meer regels halverwege afgebroken worden of voeg een witregel in.

Schrijf je voor internet? Maak korte alinea’s van zo’n twee tot vijf regels. Wissel de lengte af. Maak je tekst scanbaar door opsommingstekens en koppen te gebruiken en gebruik afbeeldingen. (Note to self)

Voorkom dat je tekst saai wordt

Wees creatief in je woordgebruik. Voorkom zes keer hetzelfde woord in twee regels tekst. Kies liever een synoniem en schrap drie van die woorden. Weet je geen synoniem? Synoniemennet biedt vaak uitkomst.

Schrappen is sowieso belangrijk. Schrap elk overbodig woord. Vaak zijn dit bijvoeglijk naamwoorden en stopwoordjes.
En schrijf actief. Dat doe je door constructies in de voltooide tijd te vermijden.  Dus niet:

‘Ik heb die constructies vermeden, maar: ik vermijd die constructies.’

Nog een:

‘Ik had graag gewild dat Jan op bezoek was gekomen, maar hij had geen tijd.’
‘Ik wilde graag dat Jan op bezoek kwam, maar hij had geen tijd.’

 

Dat je lief bent voor je lezer, betekent dat je respect toont voor je lezer. Schrijf zo netjes mogelijk. Ken je valkuilen en schakel hulp in om die te vermijden.

 

Er zijn nog meer manieren om te voorkomen dat je lezer afhaakt. Daarover in een volgend blog!